Naast energieleveranciers bevat een gezonde voeding ook andere voedingsstoffen zoals vitamines en mineralen. Iedereen weet vitamines en mineralen gezond zijn, maar hoeveel hebben we nodig per dag? en waar zitten de vitamines in?

Vitamines en mineralen

Algemeen

Zonder vitamines en mineralen kunnen we niet goed functioneren. We hebben maar een kleine hoeveelheid van deze stoffen nodig om wel goed te kunnen functioneren. Milligrammen en soms microgrammen zijn al genoeg om ons lichaam te beschermen tegen ziektes en vermoeidheid. Daarnaast zijn vitamines en mineralen belangrijk voor de groei, onderhoud en voor het functioneren van het lichaam. De meeste vitamines en mineralen kunnen we niet zelf aanmaken, daarom is een goede voeding erg belangrijk.

Wat zijn vitamines en mineralen

We kennen 13 verschillende vitamines en nog veel meer mineralen. Vitamines zijn organische stoffen, dat wil zeggen dat ze vooral door planten en voor een klein gedeelte door mensen en dieren worden gemaakt. Dit is direct ook het grote verschil met mineralen, die altijd afkomstig zijn uit de aarde, en niet door levende wezens gemaakt kan worden. Mineralen waarvan we maar een hele kleine hoeveelheid nodig hebben, worden ook wel spoorelementen genoemd.

Waarom hebben we ze nodig

Ze zijn belangrijk voor een normaal functioneren van het lichaam. Alle vitamines en mineralen hebben zo hun eigen specifieke functie. Zo is vitamine C goed voor de weerstand en is ijzer een belangrijke bouwstof voor de rode bloedlichaampjes die zorgen voor de zuurstoftransport in ons lichaam. Vitamines leveren geen energie, maar zijn wel belangrijk voor het vrijmaken van energie uit voeding. Sommige vitamines en mineralen worden als bouwstenen gebruikt voor lichaamsweefsel en bepaalde hormonen.

Waar zitten vitamines en mineralen in?

We kunnen de vitamines onderverdelen in twee groepen:

  • Vitamines oplosbaar in vet ( A, D, E en K). Deze zitten vooral in producten die van nature veel vet bevatten zoals boter en olie.
  • Vitamines oplosbaar in water( B en C vitamines). Deze zitten vooral in groente, fruit, graan en melkproducten. Het lichaam kan deze vitamines niet opslaan. Als je teveel binnenkrijgt, plas je het gewoon weer uit.

De vitamine en mineraalbehoefte

Van alle bekende vitamines en mineralen is vastgesteld hoeveel we er van nodig hebben. Dit wordt ook wel de ADH (aanbevolen dagelijkse hoeveelheid) genoemd.

Vaak wordt gedacht dat vitamines en mineralen invloed hebben op sportprestaties, maar dit is nooit bewezen. Je gaat er niet harder van lopen of hoger van springen. Wel is aangetoond dat het de prestatie verbeterd wanneer er tekorten worden aangevuld.  Ook is het zo dat sporters meer vitamines en mineralen nodig hebben dan mensen die niet sporten.

Risicogroepen

Er zijn een paar vitamines en mineralen waarmee sommige groepen het risico op een tekort oplopen. Zo zijn vrouwen extra gevoelig voor ijzertekorten. Ijzer zit in het bloed en heeft een belangrijke functie bij het transporteren van zuurstof.  Omdat vrouwen over het algemeen minder eten en tijdens de menstruatie bloed verliezen en daardoor ijzer, is de kans groter dat zij een ijzertekort opbouwen. Dit kan leiden tot een laag hemoglobinegehalte en wordt dan ook wel bloedarmoede genoemd. De klachten zijn meestal vermoeidheid en prestatievermindering.

Sporters die aan ‘de lijn’ doen, lopen vooral het risico op een vitamine B tekort. Deze komen voor in koolhydraat rijke producten en zijn essentieel voor de stofwisseling.

Een vitamine A tekort kan een probleem zijn van mensen die vetarm eten. Vitamine A zit in margarine, halvarine, boter, bak- en braad producten, melkproducten, kaas en lever.  Het wordt aanbevolen om boterhammen te besmeren met een klein beetje halvarine, of boter te gebruiken bij het bereiden van de warme maaltijd.

Bekijk ook

Periodiseren in de sport

Langdurig en systematisch trainen betekent een grote investering in tijd. Door te periodeseren of plannen …